Bingoverhaal Klein Duimpje
Er was eens een gezinnetje. De moeder was ondertussen al 55 jaar en de vader 63. Ze hadden meerdere zoons, maar slechts 1 van hen was maar 5 centimeter hoog. Daarom werd hij ook wel Klein Duimpje genoemd. Hij was een lieve jongen die iedere dag wel 47 complimenten van de mensen in het dorp kreeg. Hij deed wel 35 minuten per dag het huishouden in huis, terwijl hij zo klein was. Het kostte hem zo veel moeite dat hij 28 zweetdruppels op zijn voorhoofd kreeg ervan.
Hij vond het leuk om zijn ouders te helpen, omdat hij wist dat ze niet genoeg geld hadden. Soms werkten ze wel 45 uur achter elkaar en daar kregen ze dan maar 7 zilverstukjes van. Niet genoeg om van te leven. De laatste 60 dagen hadden ze al amper kunnen eten en Klein Duimpje vreesde het ergste. Dit zag er niet goed uit. Hij was bang dat zijn ouders om zouden vallen van de honger als er nog eens 74 minuten aankwamen zonder eten.
Toen zijn ouders 15 minuten later de kinderen bij elkaar riepen, wist Klein Duimpje eigenlijk al wat hij te horen zou krijgen. Ze konden niet meer voor hen zorgen, het was te moeilijk. En hoewel ze heel erg van hen hielden, waren er wel 72 redenen te bedenken waarom het beter was als de kinderen weg gingen. “26 kilometer verderop is een ander dorp. Daar kunnen jullie vast wel iemand vinden die van jullie houdt.”
Maar eerst moesten ze daarvoor door het bos. Ze huilden 16 minuten lang en hun moeder zei wel 71 keer hoeveel ze van haar kinderen hield.
29 minuten later vertrokken ze eindelijk. Klein Duimpje had een zak vol kleine kiezelsteentjes meegenomen. Het waren er minstens 59! Elke 53 stappen gooide hij een kiezelsteentje op de grond. Soms vertelde hij zich en deed hij het na 48 stappen, of 49. Hij wist niet of het nut had, maar zo kon hij de weg tenminste terugvinden als dat nodig was.
Ze liepen wel 13 uur, maar dat andere dorp konden ze niet vinden. Het was ondertussen al donker geworden en er waren wel 50 enge geluiden in het bos. Iets verderop zagen ze gelukkig een groot huis. Het was wel héél erg groot, begreep Klein Duimpje. De deur alleen al was 19 meter hoog en het huis kon makkelijk 52 meter hoog zijn. Hij aarzelde 44 tellen. Wat als het hier gevaarlijk was? Maar buiten was het nog gevaarlijker en dus klopte hij 17 keer op de deur. “Hallo?” riep hij 2 keer.
De deur ging open en een reuzenvrouw van 14 meter keek de groep kinderen aan. “Wie zijn jullie?” vroeg ze.
“Ik ben Klein Duimpje,” zei Klein Duimpje. “En dit zijn mijn broers. Zouden we hier de nacht kunnen blijven? Dan kunnen we morgen wel weer verder.” Hij legde uit waarom ze op pad waren. Hij deed er 42 tellen over, zodat hij het kort kon samenvatten.
De reuzenvrouw schudde 33 keer haar hoofd. “Dat is geen goed idee,” zei ze. “Mijn man komt zo thuis en hij eet kinderen. Hij bijt 21 keer en slikt ze dan door.”
“Dat is verschrikkelijk,” zei Klein Duimpje. Hij kon zich niet voorstellen dat iemand kinderen zou eten. Hij kreeg er kippenvel door op wel 46 plaatsen.
Op dat moment klonk er gestamp. Het gedreun was goed te horen. “Daar is mijn man. Kom snel binnen dan verstop ik jullie, voordat hij jullie ziet.”
Ze tilde de kinderen op en liep naar binnen. Ze zette de kinderen bij een boekenplank met 70 boeken. “Ga achter de boeken zitten, dan ziet hij jullie niet.”
Klein Duimpje deed wat hem werd gevraagd. Hij zag 12 muizenkeutels op zijn verstopplek en hij probeerde er niet te veel op te letten. Het idee dat er hier ook muizen waren vond hij maar niks, want die waren door zijn kleine lengte voor hem gigantisch groot.
Iedereen zat net 56 tellen op zijn plek, toen de deur openzwaaide. Deze reus snoof 18 keer en riep: “Ik ruik kinderen.”
Hij was minstens 67 centimeter langer dan zijn vrouw en zijn baard was 27 keer langer dan de baard van Klein Duimpjes vader.
“Nee joh, dat kan helemaal niet,” zei de vrouw. “Ik heb geen kinderen gezien. Ik ben vooral aan het schoonmaken geweest.” Ze wees naar de 34 potjes en 22 borden die in de kast stonden.
Klein Duimpje keek ondertussen om zich heen. Iets verderop zag hij een grote kist met wel 57 stukken goud erin. Alleen al een klein beetje daarvan zou genoeg zijn voor zijn ouders om het hele gezin 6 jaar lang te voeden. Maar Klein Duimpje was geen dief, en hij moest vooral opletten dat de reus hem niet vond.
38 minuten lang bleef de reus praten over allerlei onnodige dingen. Hij snoof nog eens 51 keer en riep toen: “Ik ruik toch echt een kind. Waar is het verstopt?”
Klein Duimpje slikte. Zijn hart ging 66 keer sneller dan normaal. Wat als de reus hem of een broer van hem vond? Dat mocht niet gebeuren!
De reus was ondertussen aan het zoeken. Hij gooide 62 dingen aan de kant en keek onder wel 36 potjes. Klein Duimpje was doodsbang maar hij zag dat de reuzenvrouw naar hem keek. De blik in haar ogen zei dat hij veilig was. Hopelijk had ze gelijk. Hij zorgde ervoor dat hij geen geluid maakte. Hij bleef 58 tellen stilzitten zonder te bewegen en hoopte dat zijn broers dat ook deden.
8 minuten later besloot de reus dat hij genoeg had gezocht. Hij ging naar zijn bed en niet veel later begon hij te snurken. Het geluid moest vast 32 meter verderop nog te horen zijn. Klein Duimpje kwam tevoorschijn van zijn verstopplaats, net als zijn broers.
“Sorry,” zei de reuzenvrouw. “Ik zei al dat het gevaarlijk is. Jullie moeten hier echt weg, voordat hij jullie vindt en in 22 happen eet.”
“We kunnen niet weg,” zei Klein Duimpje. “We weten niet waar we heen kunnen. Onze ouders hebben geen geld meer om voor ons te zorgen en zelfs zonder ons, kunnen ze maar 9 dagen vooruit. Daarna moeten ze weer 65 uur keihard werken voor een beetje geld.”
“Ze hebben ons weggestuurd,” knikte de broer van Klein Duimpje. “We weten dat ze veel van ons houden en niet anders konden.”
“We hebben geen ander dorp gevondene n ik ben bang dat er in 32 meter in de omgeving ook geen andere dorpen zijn.”
“Blijf hier dan vannacht. Morgen kunnen jullie weg, als mijn man gaat werken,” zei de reuzenvrouw. “Zorg wel dat hij jullie niet vindt. Hij staat al om 4 uur in de ochtend op.”
Ze beloofden muisstil te zijn en zich verstopt te houden.
Slapen wilde niet echt. Klein Duimpje ging wel 68 keer in een andere houding liggen, maar hij was bang. Hij droomde heel kort over de reus, die hem in 40 minihapjes opat. Toen Klein Duimpje wakker werd had hij 73 angstzweetdruppels op zijn lichaam. Ze moesten hier snel weg.
Het voelde alsof het wel 61 uur duurde tot de reus wakker werd en zich klaarmaakte voor zijn werk. Eindelijk verliet hij het huis en de Klein Duimpje en zijn broers kwamen tevoorschijn. Voor de zekerheid bleven ze nog 39 minuten wachten. Ze wilden de reus niet onderweg tegenkomen.
“Jullie vertelden dat er geen geld is,” zei de reuzenvrouw en ze pakte wat goud. Het was genoeg om 75 jaar lang van te leven. “Ik wil dat jullie dit meenemen naar je ouders en daar weer veilig gaan zitten.”
“Dit kunnen we niet aannemen,” zei Klein Duimpje. Het waren zeker 37 stukken goud.
“Wij hebben genoeg,” zei de vrouw. “Ik heb op nog 25 plekken minstens 35 stukken goud liggen. We hebben het niet nodig.”
Ze namen dus toch het geld maar aan en namen vervolgens afscheid van de vrouw.
Omdat Klein Duimpje overal kiezelsteentjes had achtergelaten. Konden ze de weg in 30 minuten terugvinden. De ogen van hun moeder werden 41 keer groter dan normaal. “Wat doen jullie hier. We kunnen niet voor jullie zorgen,” zei ze. “Ik wil niet nog eens 54 keer afscheid van jullie nemen. Ik heb vannacht al 64 minuten achter elkaar om jullie moeten huilen.”
Klein Duimpje vertelde wat ze hadden meegemaakt. “We hebben wel 11 keer gezegd dat we het goud niet hoefden,” eindigde hij zijn verhaal. “Maar de reus stond erop. Kijk hoe veel we hebben!”
Hun moeder moest het wel 24 keer zien en daarna wilde ze het nog eens 28 keer zien. “Dit kan niet!” prevelde ze daarna 45 keer. “Nu hoeven we nooit meer te werken.”
“En wij hoeven niet meer weg,” vulde Klein Duimpje aan. En hij was daar blij om. Het idee om 10 jaar lang ergens anders te wonen.
Dit moest gevierd worden! Er werden 69 mensen uitgenodigd en er waren meer dan 43 hapjes en drankjes. Iedereen riep 23 keer hoe fijn ze het vonden. Klein Duimpje keek naar 3 van zijn broers. Gelukkig was dit goed afgelopen!
En ze leefden nog lang en gelukkig!