Bingo verhaal Pasen
Het is Pasen en dat betekent dat Tim op zoek gaat naar zeker 30 paaseieren. Vorig jaar vond zijn broertje Sam er 9 en hijzelf 24. Dit jaar wil hij dat record verbreken, vooral omdat Katie, het buurmeisje, vorig jaar 28 paaseieren wist te vinden. Tim heeft de afgelopen 53 dagen heel veel geoefend, zodat hij zeker nummer 1 zal worden dit jaar. Niemand uit de buurt mag van hem winnen. En er zijn 48 kinderen die meedoen. Er worden zeker meer dan 75 paaseieren verstopt.
Tim kent de hele buurt al goed, dus hij weet alle verstopplekken. Bij het huis op nummer 66, staat een boom met een gat. Daar is zeker ruimte voor een ei. En onder het hek bij huisnummer 27 kunnen ook paaseieren zijn verstopt. En het grasveld bij huisnummer 47 zit bomvol verstopplekken.
Ja, Tim heeft zich goed voorbereid en hij is al 67 minuten aan het aftellen tot ze werkelijk beginnen. Ze staan met alle kinderen op het gras. Een groepje van 10 kinderen praat met elkaar, maar Tim doet niet mee. Hij heeft vanaf deze plek al 58 verschillende verstopplekken kunnen zien en er zijn 6 plaatsen waar zeker een ei ligt. Hij zag de gekleurde papiertjes al.
“De persoon die de meeste eieren wint, krijgt een leuke prijs,” zegt de man die de wedstrijd heeft georganiseerd.
Tim knikt. Hij heeft het zakje met 59 knikkers al gezien en hij weet dat er ook nog 22 knutselspullen te winnen zijn, met 42 verschillende gekleurde papiertjes. De winnaar mag als eerste van alle kinderen een prijs kiezen. Tim wil de knikkers. Hij heeft er pas 51, dus zijn verzameling mag wel wat groter. Maar er zijn zeker 14 andere kinderen die de knikkers ook willen.
Er wordt afgeteld vanaf 20 en dan rent iedereen weg. Tim gaat eerst naar het stenen grintpad vlakbij, waar hij de eieren al zag liggen. Maar Katie is hem voor. Ze is zo snel dat Tim bang is dat ze wel 51 eieren zal vinden. 14 seconden later is Tim gelukkig als eerste bij een ander ei. Katie is te laat en ze kijkt Tim boos aan. Net zo boos als de keer dat ze 51 minuten moest nablijven, omdat Tim 14 propjes papier naar haar had gegooid. De leraar had al 20 minute lang gezegd dat het stil moest zijn en toen riep Katie dat hij moest ophouden. Ze moest nablijven.
Tim en Katie hadden altijd al ruzie gehad. 51 weken geleden nog schreeuwden ze zo hard naar elkaar dat er 73 mensen kwamen kijken. Er kwamen zelfs 4 politieagenten om ze uit elkaar te halen. Tim had ook al eens 26 spijkers voor zijn deur gekregen. Katie had ze er neergelegd. Tims vader kwam 71 minuten te laat op zijn werk, omdat hij een lekke band had. Als wraak had Tim 61 keer naar het telefoonnummer van Katie’s ouders gebeld.
Deze keer gaat Tim van haar winnen, dat wist hij zeker. Hij is nu bij huisnummer 68. Hij verwacht wel dat er ergens bij de 41 stenen een paasei ligt, maar dat is niet zo. Snel gaat hij naar het tuintje met de 19 tuinkabouters. Daar vindt hij wel een ei. Ook bij huisnummer 61 vindt hij een paasei. Nu heeft hij er al 13. Dat gaat goed!
Het spelletje zou maar 32 minuten duren. Net iets langer dan een halfuur. En alle kinderen rennen als een gek rond, alsof ze nog maar 35 seconden hebben.
Katie roept: “Ik heb al 58 eieren.”
Tim gelooft haar niet. En hij zoekt gehaast door, zodat hij hopelijk 23 of 21 eieren kan vinden.
Tim heeft al tussen de 65 en de 69 verstopplekken bekeken, maar geen eieren. Hoe kon dat? Hij had zich zo goed voorbereid. Sam heeft al 12 eieren! Iedereen doet het beter dan Tim! Tim gaat snel naar huisnummer 52, maar ook hier vindt hij niets. En de volgende 29 plekken die hij zoekt, hebben ook geen eieren. Hoe kan dat nou?
Tim moet er bijna van huilen. Waarom kan hij niet nog 11 eieren vinden? Zelfs als hij er nog 3 vond, was hij al blij. Katie rent voorbij hem en hij kijkt in haar mandje. Daar zitten zeker 44 paaseieren in. Ze loog dus wel, maar het zijn er veel meer dan hij heeft.
Kwaad gaat hij op de stoeprand zitten. “Dit is een stom spel!” 33 kinderen rennen hem voorbij. Niemand kijkt naar hem. En ze hebben allemaal minstens 25 eieren gevonden. Tim heeft geen zin meer en hij telt de steentjes. 34 zwarte, 40 bruine en 45 witte. Als dit eieren waren had hij tenminste gewonnen. In de straat staan 37 auto’s en in totaal zijn er zeker 63 ouders die hun kinderen aanmoedigen. Iedereen gaat zien hoe hij verliest.
“Wat is er?” Katie komt naast hem zitten.
“Ik kan geen eieren vinden,” zegt Tim kwaad. “Ik keek al 31 weken uit naar Pasen, maar ik kan niets vinden. Ik heb meer dan 57 verstopplaatsen bekeken.”
“Hier.” Katie geeft hem 5 eieren. “Voor jou.”
“Waarom?”
“Ik hoef niet perse te winnen,” zegt Katie. Ze geeft hem nog eens 39 eieren. “Ik wil vooral dat we allemaal een leuke dag hebben.”
“Maar dat is toch niet eerlijk?”
“Mij maakt de prijs niet uit en jij wilt graag winnen.”
Tim geeft de eieren terug. “Dan zoek ik liever zelf nog 15 eieren,” zegt hij en hij staat op.
“We kunnen ook samen zoeken,” zegt Katie. “Dan vinden we vast 49 eieren.”
Tim weet niet wat hij hoort. Katie is al zo lang zijn vijand! Hij heeft ooit eens 16 minuten met haar gespeeld, maar daarna hadden ze 46 minuten ruzie en wilden ze elkaar 36 dagen niet meer zien. “Oke” zegt hij aarzelend.
Samen gaan ze op pad en ze vinden al vrij snel 8 eieren. In 60 seconden tijd! En in de 70 seconden die volgen vinden ze nog eens 18 eieren. En ze verdelen alles eerlijk. Katie kent heel veel verstopplaatsen die Tim niet kent. Zoals de 17 kruidenplantjes bij huisnummer 72. En bij huisnummer 74 ligt ook een ei. Katie vindt ook een ei in een struik vlakbij huisnummer 55. En als ze bij huisnummer 43 zijn aangekomen hebben ze alweer 7 eieren.
50 seconden later gaat de toeter en moeten alle kinderen bij elkaar komen. Tim heeft ondertussen al 38 eieren in zijn mandje. Hij wordt helaas nummer 2, want Katie heeft 50 eieren, maar hij gunt het haar.
Het maakt niet meer uit wie er wint, want dit was de leukste Pasen ooit! Zo wil hij nog zeker 64 keer eieren zoeken. En Katie? Die is eigenlijk best aardig!